Wonen of zitten?

Er moet mij weer eens iets van het hart…

Met enige regelmaat kom ik artikelen of uitspraken tegen waarin men het heeft over ‘(zelfstandig) thuiswonen’ of in een verpleeghuis ‘zitten’. Er komen dan meerdere gedachten bij me boven:

  • In een verpleeghuis wonen mensen, zitten doe je in de gevangenis…
  • Als iemand verhuist naar een verpleeghuis (of wat voor woonvorm dan ook) dan gaat iemand daar ‘WONEN’ en dan is het wenselijk dat diegene zich daar ook ’thuis gaat voelen’.
  • Als iemand tijdelijk wordt opgenomen in een instelling verblijft hij/zij daar.

 

Ik realiseer mij heel goed dat veel dingen in de loop der jaren in ons taalgebruik zijn geslopen. In mijn beleving wordt het echter de hoogste tijd dat we hier bewuster mee omgaan.

Jaren geleden werd het verschil tussen werken in de thuiszorg of de intramurale zorg zo omschreven: ‘in de thuiszorg stap je in de wereld van de cliënt, in de intramurale zorg stapt de cliënt in onze wereld’. Daarmee gaven we aan dat daar dus ‘onze’ regels golden, ‘zo doen wij dat hier’ hoorde je dan ook nogal eens. Daarna hebben we een periode gehad waarin we het over ‘bewoners’ hadden. Mensen woonden immers in die instelling? In die jaren kwam de belevingsgerichte zorg langzaam maar zeker op. Sinds een aantal jaren spreken we weer over cliënten en nu bekruipt mij regelmatig het gevoel dat we daarmee het woonaspect weer zijn kwijtgeraakt.

Ook wordt soms als argument gebruikt dat men een woonvorm niet als thuis ervaart omdat men min of meer gedwongen is daar te wonen. Terwijl mensen veel vaker gedwongen verhuizen, bijvoorbeeld door een relatiebreuk of om financiële redenen. En in die situaties noemen zij de nieuwe stek toch ook ’thuis’?!

Mogen mensen die niet langer zelfstandig kunnen wonen dan hun nieuwe stek niet als ’thuis’ ervaren? Of gaan wij ervan uit dat dit nooit een echt ’thuis’ kan zijn? Of zit het teveel tussen onze oren? Is het intramuraal wonen te confronterend? Want stel dat je ooit zelf in de situatie komt dat een woonvorm jouw enige mogelijkheid nog is? Heb je dan voor de rest van je leven geen ’thuis’ meer?

Bij deze daag ik de hele zorgsector uit om anders naar intramurale zorg te leren kijken. Wij hebben de mond vol over belevingsgerichte zorg en ondertussen hebben we het wel over ‘hij of zij zit in een verpleeghuis’. Hoezo belevingsgericht??? Durven wij de uitdaging aan om mensen intramuraal een echt ’thuis’ te bieden?

Ik wens iedereen die, om wat voor reden dan ook, intramuraal woont zo’n ‘echt thuis’ toe. Een thuis met eigen spulletjes en een eigen sfeer, waarin je mag zijn wie je bent en zoveel mogelijk het leven mag leiden wat het voor jou de moeite waard maakt.

Ik ben heel benieuwd naar jullie reacties! Wat denk jij hierover? Hoe ga jij ermee om?